Sinds enige tijd woon ik in het buitengebied. Begonnen met een kleine moestuin en wat frambozen en bessen, is de moestuin nu 12,5 bij 12,5 m, hebben we een mini voedselbos (eetbare tuin) van meer dan 1000m2 en daarbuiten nog allerlei laagstam fruitbomen en kleinfruit. Het huis heeft 58 zonnepanelen gekregen, we hebben 6 ibc’s en een regenton om regenwater op te vangen en we laten zoveel mogelijk planten staan die uit zichzelf in de tuin opduiken. Zo hebben we een klein paradijsje gemaakt.

Onze grote wens is om dit op grotere schaal te gaan doen. We hebben dan het volgende beeld in ons hoofd:

Voedselbos

We kopen een stuk grond van meerdere hectares, bijvoorbeeld van een boer die ermee stopt of we nemen wat over van de provincie. Op het terrein komt een voedselbos van meerdere hectares. Als het naast een bos staat kan het bijvoorbeeld 2 hectare groot worden, maar is het ‘losstaand’, dan moet je volgens Wouter van Eck toch aan minimaal 5 hectare denken voor een goed functionerend bos. Alle planten hebben iets dat eetbaar is voor mensen (blad, bloem, vruchten, etc). Of een andere functie die belangrijk is voor de biodiversiteit en de dieren die in het bos leven. Ik ga verder niet uitwijden over het begrip voedselbos, er is veel literatuur te vinden over hoe je zoiets opbouwt. We zullen, naast onze eigen expertise die we op dit gebied hebben opgebouwd door het lezen van literatuur, het doen van cursussen en onze ervaringen in onze eigen eetbare tuin, ook zeker expertise inwinnen bij bestaande voedselbosbouwers.

Tuinderij / moestuin

Daarnaast hebben we een grote moestuin waar we het hele jaar uit kunnen eten, het liefst zodat er geen groenten meer hoeven worden gekocht. In een kelder kunnen we alle groenten opslaan voor de winter. We verbouwen onze groenten op een regeneratieve manier. Dat betekent dat er geen kunstmest wordt gebruikt en geen bestrijdingsmiddelen / gewasbeschermingsmiddelen. Wel worden er voedingsstoffen toegevoegd in de vorm van compost. Er is sprake van een polycultuur, alle soorten gewassen staan door elkaar. Hierdoor zijn er veel minder plagen en de planten kunnen elkaar ondersteunen. We ploegen en spitten niet, om het bodemleven niet te verstoren. En er wordt veel gemulched, waardoor de hoeveelheid organische stof in de grond wordt verhoogd en de grond wordt afgedekt, waardoor er minder verdamping plaatsvindt. Hierdoor hoeft er ook minder water te worden gegeven. Ofwel een permacultuur moestuin, wat nog iets verder gaat dan biologisch.

Het liefst produceren we ook voor de buurt, maar eerst willen we wat kleiner beginnen.

Poelen

Water is heel belangrijk voor de biodiversiteit. Op het terrein komen één of meerdere poelen. Alle dieren zijn afhankelijk van water en hier kunnen ze drinken en wassen. Ook planten hebben uiteraard profijt van water op het terrein. Als het terrein een hoogteverschil heeft kunnen we voor (enigszins) stromend water zorgen.

Water trekt onder andere kikkers en slangen aan. Kikkers eten bijvoorbeeld slakken en slangen kunnen er onder andere voor zorgen dat het aantal muizen niet ‘explodeert’. Hierdoor wordt de biodiversiteit vergroot en daardoor ook de balans in de natuur op de boerderij. Het moet goed toeven worden voor alle levende wezens.

Kas

Op het terrein staan één of meerdere kassen. Hierin worden groenten gekweekt die het beter in de kas doen, zoals tomaten, meloenen, paprika’s, kousenband, gember, citroengras, etc. Ook kan het teeltseizoen door een kas worden verlengd doordat het daar minder snel vriest. In de kas kan ook worden voorgezaaid. Minimaal één van de kassen is gemaakt op de manier waarop ze het in China doen: de noordwand bestaat uit een dikke muur die warmte kan opslaan. De wanden en dak bestaan uit dubbel glas, waartussen een oprolbare deken zit. Zodra het binnen te koud wordt (wanneer de zon niet schijnt en het vriest bijvoorbeeld) kan deze deken naar beneden worden gerold. Op deze manier kan het in de kas boven nul blijven en kunnen er meer soorten planten worden gekweekt en kan het teeltseizoen nog meer worden verlengd. Ook willen we experimenteren met een systeem waarbij bodemwarmte wordt gebruikt en een ventilator. Hierdoor kan de kas in de zomer wat koeler worden gemaakt en in de winter wat warmer. Wanneer beide systemen (zowel Chinese stijl kas en de bodemwarmte) goed werken, kan deze kennis uiteraard worden gedeeld met derden.

Een ander idee is een kas in een kas, waarbij de binnenste kas wordt verwarmd (op een duurzame manier, dus bijvoorbeeld met bodemwarmte, waardoor er weinig energie voor nodig is). Dit soort experimenten willen we gaan uitvoeren op het terrein, waar anderen weer van kunnen profiteren en waardoor we het verbouwen van voedsel in kassen uiteindelijk duurzamer kunnen gaan maken.

Wonen

Op het terrein wonen meerdere mensen, die met elkaar het voedselbos en de tuinderij / moestuin onderhouden. Er is één gemeenschapsgebouw met kantoor met professioneel glasvezel internet, waar iedereen zijn of haar dagelijkse werk kan uitvoeren (remote werken). Daarnaast zijn daar spullen die gemeenschappelijk kunnen worden gebruikt. Denk aan bijvoorbeeld een wasmachine, auto, ladder, kar, spullen voor tuinonderhoud, deegkneder voor het maken van brood, etc. Ook is er een wat grotere huiskamer, waar bewoners kunnen gaan zitten als ze bijvoorbeeld wat meer mensen op bezoek hebben. En een wat grotere keuken, zodat er met / voor allemaal kan worden gekookt of groepen kunnen worden ontvangen.

Daarnaast staan er een aantal kleinere huisjes, bijvoorbeeld 3 – 5. Deze hebben natuurlijk allemaal hun eigen keuken, woonkamer, slaapkamers en toilet / douche. Alle woningen zijn zo natuurlijk mogelijk gebouwd / verbouwd. In geval van nieuwbouw vangen de woningen regenwater op wat weer wordt gebruikt voor het doortrekken van het toilet, de (af)wasmachine, eventueel douche, eigenlijk alles waar geen drinkwater voor nodig is. Er is een afvoer in de keuken die gebruikt kan worden bij het afgieten van groenten bijvoorbeeld. Het water wordt opgevangen en kan weer in de tuin worden gebruikt. Hier zitten dan meteen wat voedingsstoffen in, waar de planten in de tuin weer profijt van hebben. De woningen zijn goed geïsoleerd, hebben een dak waar planten op groeien, de zon kan in de zomer niet naar binnen schijnen maar in de winter wel, en er zit een WTW in waardoor de woning in de zomer koel blijft en in de winter zo weinig mogelijk warmte verliest. Ook bieden de woningen plaats aan vogels, vleermuizen en insecten. Tevens zijn er zonnepanelen en wellicht een windmolentje, en wordt er met batterijen en warmteopslag zoveel mogelijk energie en warmte opgeslagen voor wanneer er geen stroom en warmte kan worden opgewekt.

Naast de permanent bewoonde woningen zijn er ook mogelijkheden voor vrijwillers, cursisten en bezoekers om tijdelijk op de boerderij te verblijven.

Bewoners

Alle bewoners hebben de taak om mee te helpen met de voedselvoorziening en onderhoud van het terrein. Ze besteden allemaal 1 – 2 dagen per week aan de moestuin, kas en voedselbos en als er ander onderhoud is dan wordt dat daar zoveel mogelijk in gepast. In principe is het werk in het voedselbos aan het begin vooral de aanleg en wellicht water geven, maar zodra het voedselbos ouder wordt is er vrijwel geen input meer nodig. Na enkele jaren gaat het voedselbos ook ‘produceren’ en zal het werk in het voedselbos vooral bestaan uit oogsten. Aan de moestuin, kas en bewaren van voedsel is wel permanent werk nodig. Doordat deze met z’n allen worden onderhouden, is het ook mogelijk om af en toe eens een paar dagen weg te gaan of op vakantie te gaan.

De bewoners zijn liefst heel divers. Als een bewoner ziek is of zorg nodig heeft, dan wordt er voor elkaar gezorgd voor zover dat binnen de mogelijkheden ligt.

Buiten het werk op het eigen terrein, kunnen de bewoners gewoon een baan hebben. Ze hoeven waarschijnlijk niet fulltime te werken, omdat er weinig kosten zijn voor energie en voedsel.

Buiten de mensen die op het terrein wonen is het de bedoeling dat ook veel dieren zich thuis voelen. Dieren worden niet bestreden, hoogstens buiten het terrein gehouden of er wordt gezorgd dat ze de jonge bomen niet kunnen opeten. Het is juist belangrijk dat we met alle dieren kunnen samenleven en er zo een systeem ontstaat waarbij iedereen, mens, dier en insect, elkaar ondersteunt. Hierdoor ontstaat er een balans waarbij iedereen voldoende te eten heeft en prettig kan wonen.

Eten wordt gedeeld onder alle bewoners, dus ook de dieren. Als er bijvoorbeeld voldoende bessenstruiken staan, is er genoeg voor mens en dier en blijft er nog steeds meer dan genoeg over voor de bewoners en derden om van te eten. Hierdoor hoeven er geen netten te worden gebruikt of andere methodes om dieren af te schrikken.

Er zijn geen gezelschapsdieren, alleen dieren die een functie vervullen in het ecosysteem.

Geldzaken

Om vaste lasten te kunnen betalen moet er uiteraard ook geld worden verdiend. Als we de grond zelf zouden kunnen betalen doordat we ons huidige huis verkopen, zijn er geen hypotheeklasten meer. Als er geen hypotheek meer is, kunnen alle bewoners zonder huurkosten op het terrein wonen, waarbij het meehelpen op de boerderij dus wel een verplichting is. Wel moeten er ‘servicekosten’ worden betaald: als er iets stuk is of er is onderhoud nodig, dan moet dit wel mogelijk zijn. Water, gas en elektriciteit moeten de bewoners uiteraard ook zelf betalen. Als er nog wel een hypotheek is dan zullen we ook wat huur moeten rekenen, todat er geen hypotheek meer hoeft te worden betaald.

Werken is een belangrijk onderdeel van het dagelijks leven, daarom is er ook een gezamenlijk kantoor, waar iedereen remote kan werken, of een eigen bedrijf kan hebben bijvoorbeeld. In de loop van de tijd kan er geld worden verdiend met het verkopen van de opbrengsten uit het voedselbos. Ook kunnen er eenjarige groenten van de tuinderij worden verkocht, bijvoorbeeld met door abonnementen, een winkel of bijvoorbeeld aan restaurants uit de buurt. Ook zijn kippen en eenden waarschijnlijk van belang op de boerderij, de eieren die zij leggen kunnen ook worden verkocht. Er kunnen zaden en stekken worden verkocht.

Er kan geld worden verdiend met het geven van cursussen op het terrein op gebied van duurzaam wonen en leven. Tevens kunnen er inkomsten worden verworven door het geven van advies over het bouwen van passieve kassen waar het de hele winter niet vriest, zoals aangegeven in het hoofdstuk ‘kas’. We willen dan ook op het terrein experimenteren met dergelijke zaken, hier kunnen wellicht ook studenten of universiteiten bij betrokken worden. Ook technologie voor het opslaan en gebruiken van water van eigen terrein is belangrijk.

Er hoeft slechts voldoende geld te worden verdiend om in het levensonderhoud te kunnen voorzien. Daardoor kunnen advies en dergelijke voor een lage prijs worden verkocht.

Sociale functie

Indien mogelijk willen we ook graag een sociale functie vervullen. Er zijn veel mensen die het met een minimum inkomen moeten doen. We willen een aantal mensen die afhankelijk zijn van de voedselbank de mogelijkheid geven om verse groenten bij ons te komen oogsten. Het liefst in ruil voor het meehelpen, als dat mogelijk is (met een fulltime baan en onderhouden van een gezin wordt dit wellicht wat lastiger).

We zouden ook graag de functie van zorgboerderij willen vervullen. Maar dat plan is nog niet volledig uitgedacht.